donderdag 14 juni 2012

Oogjes dicht en backpackjes toe - Stewie en Sophie zeggen gedag

Een jaar lang hadden ze ernaar uitgekeken. Maanden van werken, weken van sparen en dagen van aftellen. Iedere nacht werd er weer een kruisje op de kalender gezet en kwamen ze stukje bij beetje dichterbij de start van het grote avontuur.

Hoe lang het aftellen echter ook heeft moeten duren, de reis zelf is in een oogwenk voorbij gevlogen. 
Bijna zes maanden lang hebben jullie via deze weg de avonturen van Stewie en Sophie kunnen volgen. Van Tokyo tot Nieuw Zeeland en van Hong Kong tot Vietnam, Maleisie en Singapore. De poppetjes in onze ogen hebben veel gezien en veel culturen vanuit verschillende ooghoeken mogen aanschouwen. Iedere bestemming was een reis op zich en soms was er zelfs zoveel te zien dat we haast bang waren om met onze ogen te knipperen om ook maar iets te moeten missen.

Maar ja, als je te lang met je ogen open blijft lopen, dan komt er een moment dat de oogleden op een gegeven moment toch een beetje zwaar beginnen te worden. Hoe graag we dan ook in deze dagdroom zouden willen blijven dromen, we kunnen er helaas niet omheen dat de tijd is aangebroken om de ogen te sluiten en wakker te worden in de wereld die 'realiteit' heet. Er moeten banen gezocht, familie geknuffeld, bankrekeningen gespekt en opnieuw geleerd worden hoe je ook alweer in een eigen huisje leeft in plaats van al rondtrekkend vanuit je rugzak. Het zal even wennen zijn. Een vertrouwde blik, maar toch ook weer een nieuwe kijk.

En hoewel eeuwig dromen helaas wellicht niet mogelijk is; de herinneringen staan in ieder geval wel voor eeuwig op ons netvlies gebrand. Herinneringen die niemand meer van ons afneemt en waarbij we geen ogen of poppetjes nodig hebben.

Het wordt dus tijd. Tijd om afscheid te nemen van Stewie en Sophie en met weer onze eigen blik de wereld genaamd 'thuis' te bekijken. Nog een nachtje slapen, nog een nachtje dromen en dan is het gedaan. De ogen gaan dicht, de backpacks gaan toe. Slaap zacht lieve poppetjes, tot de volgende nieuwe reis!

donderdag 7 juni 2012

Op zoek naar het paradijs - Stewie en Sophie zijn niet de enigen

Het paradijs. Wie wil daar nou niet heen? Stewie en Sophie slaan een kort bezoek aan het Hof van Eden in ieder geval niet af. De vraag is alleen: waar ligt het paradijs en hoe kom je daar?

Om het antwoord op de eerste vraag te geven: het paradijs ligt op de Perhentian Islands in Maleisie. Als je de Lonely Planet moet geloven tenminste. Het heeft iets te maken met 'crystal clear waters, turquoise colored ocean and white sand beaches'. Klinkt niet verkeerd.

Maarja, dan moet je er wel nog eerst zien te komen. Op zich niet zo'n probleem, aangezien het vervoer ernaar toe overvloedig geregeld wordt door boten en mini-busjes. Maar dan moet je niet net in het mini-busje zitten dat vanuit het oerwoud enige vertraging oploopt, waardoor de laatste normale boot gemist wordt, er anderhalf uur op een vervangende boot gewacht moet worden, wat uiteindelijk een maniakale speedboot blijk te zijn, die als enige doel lijkt te hebben om vermoeide reizigers alsnog met een overdosis adrenaline aan de rand van het eiland af te zetten.
Dus, daar sta je dan. Met je backpack, in het donker, op een strand, zonder accommodatie. Welke kant op naar Eden? Links, rechts...? Gewoon rechtdoor naar het eerste beste guesthouse maar. Dit is immers het paradijs!

Laten Stewie en Sophie nou echter niet de enige zijn die dit dachten. Ze waren van tevoren al gewaarschuwd dat er (vooral tijdens weekenden en schoolvakanties - daar doen paradijzen blijkbaar ook aan) nog meer kapers op de kust zouden zijn, maar dat er zoveel zoekende zieltjes zouden zijn, dat hadden ze niet gedacht!
Ja, en zo kan het je zomaar overkomen, dat je je eerste nacht in het paradijs niet doorbrengt in een hemelbed met gouden zandkorrels voor je voordeur, maar dat je gewoon op een matrasje op de grond moet liggen in een kamer die nog niet helemaal afgebouwd is, met het enige goud dat blinkt, de spijkers en schroeven van de bouwvakkers zijn. So far for the Garden of Eden.

Maar Stewie en Sophie zijn niet voor een gat te vangen. De potentie van een paradijs is er en als het dus zou moeten bestaan, dan zou het inderdaad wel eens hier kunnen zijn. Misschien moeten ze gewoon wat harder zoeken?
Een halve ochtend - en vele volle guesthouses - later begint het er al wat meer op te lijken. Er is een beach-hutje gevonden (check), met uitzicht op zee (check), zandkorrels voor de voor de deur (ok, niet van goud, maar - check) en palmbomen met kokosnoten binnen handbereik (check). Dit zou best nog wel eens wat kunnen worden!

En inderdaad, naarmate de dagen vorderde, leek het paradijs zich steeds meer aan Stewie en Sophie kenbaar te maken. De zee kleurde blauwer, het water werd transparanter, de stranden witter.... Dit alles werd nog beter, toen ze na vier nachten op het kleine eiland (ja, de Perhentians bestaan uit twee eilanden, of - zoals in de Lonely Planet beschreven staat - 'even Eden has to be devided up'), besloten ook nog twee nachten door te brengen op het grote eiland. Wow! Waar komt deze plek ineens vandaan? Was dit niet het punt waar de regenboog eindigde na die fikse stortbui voordat ze de eerste avond de speedboat opstapten? Ja, dit zou best wel eens die pot met goud aan het einde kunnen zijn!

En wat doe je dan verder als je het paradijs eenmaal hebt gevonden?
Nou, eigenlijk niet zoveel. Afgezien van een dag snorkelen, werd er door Stewie en Sophie verder voornamelijk geluierd, in de zon gelegen en genoten. Even niet reizen, niet plannen, niet denken.
Niet denken. Niet aan het feit dat ze Eden met vele andere toeristen moeten delen, maar vooral niet aan het feit dat deze plek ook eens weer achtergelaten moet worden en dat ook aan paradijselijke momenten ooit een einde zal moeten komen.

Het paradijs. Wie wil daar nou niet heen?

Beestjes, beestjes, beestjes - Stewie en Sophie trekken de jungle in

Wie in Maleisie besluit richting Taman Negara (het oudste regenwoud ter wereld) te gaan, zal vroeg of laat door andere reizigers geconfronteerd worden met letterlijk bloedstollende verhalen over de meest voorkomende dieren daar: bloedzuigers.
Zeg Taman Negara en je zegt ' leeches'. Achter iedere boom, ieder junglepad, iedere liaan...overal zitten ze en, met een beetje pech, na een dag wandelen vooral op jou.

Nu laten Stewie en Sophie zich niet zo snel bang maken, maar het idee om zich zonder enige voorbereiding in het walhalla van kleine bloedzuigende krengen te storten, dat zagen ze toch niet zo zitten. Tijd voor actie dus! Een goede reiziger is een voorbereide reiziger en waar kan je beter wennen aan zuigende beestje op je lichaam dan in de ' Dr. Fish Spa'?
Zo gezegd zo gedaan en niet veel later zaten Stewie en Sophie dag voor hun jungle-avontuur met hun voetjes in een groot aquarium vol met knabbelende visjes die zich tegoed deden aan hun dode huidcellen (wat na bijna twee maanden alleen maar op slippers lopen overigens geen overbodige luxe was!). Een vreemde gewaarwording. Eerst onwennig en eng, daarna vooral kietelig en uiteindelijk op een vreemde manier erg ontspannend. Als het met bloedzuigers ook zo gaat, nou, laat ze dan maar komen hoor! Stewie en Sophie zijn klaar voor de jungle!

Maarja, eenmaal na een lange bus- en bootrit aangekomen aan de rand van de jungle, was er van bloedzuigers nog maar weinig te merken. Sowieso waren er niet veel grote, enge beesten te spotten. Sta je daar een mode-flater te slaan met je sokken over je broek, lange mouwen en met een zaklamp op je hoofd. Zo goed voorbereid en wat krijg je dan tijdens de night-jungle-trekking; een sprinkhaan, een spin en een wandelende tak (ok, en een slang, dat was dan wel weer heel 'jungle-like'). Een beetje jammer.

Maar goed, je mag wellicht ook niet teveel verwachten als je gewoon aan de rand van het park zit en zonder tour niet veel verder komt dan de (letterlijk) gebaande paden en de 'spectaculaire' canopy walk vol met andere toeristen.
Op zoek naar toch nog wat actie en wat ' Tarzan en Jane'-gevoel hebben Stewie en Sophie zich er nog wel aan gewaagd om zelf een flinke heuvel te beklimmen, die ze uiteindelijk vooral beloond werd met heel erg buiten adem zijn en meer dan kletsnat van het zweet. Maar hoewel bloedzuigers erom bekend staan vooral na enige nattigheid actie te ondernemen, was er zelfs na deze flinke zweetpartij geen bloedspoortje te bespeuren. Opgelucht, maar toch ook wel een klein beetje teleurgesteld (het was natuurlijk wel stoer geweest - om over de spectaculaire foto's nog maar te zwijgen!) Al die voorbereiding, al die moeite en dan nog geen een bloederig zuignapje dat zich even aan je vast wil zetten. Zou er iets in ons bloed zitten?

Misschien houden bloedzuigers gewoon niet van te goed voorbereidde Hollanders. De duidelijk niet voorbereidde (hij wist niet eens wat een leech was!) Fransman was namelijk wel een gewilde prooi. Als enige mocht hij een dik mormel van zich afschudden, die daarna vakkundig door de gids werd uitgeknepen om de hele groep te laten zien hoeveel bloed er wel niet uit zo'n klein beestje kan komen.

Mmm...misschien dat Stewie en Sophie na deze 'one-leech-show' uiteinelijk toch knabbelende visjes verkiezen boven bloedzuigende wormen. Goed voorbereid of niet; tijd om het regenwoud te verlaten. Op naar het strand, visjes en de zee!