zaterdag 31 maart 2012

And then the earth moved – Stewie en Sophie lopen door spookstad Christchurch

22 februari 2011.
Terwijl ergens in Nederland een dubbele feestdag gevierd wordt, wordt in Nieuw Zeeland een dag van nationale rouw afgekondigd. Het is een aardbeving. En geen kleine ook.
Onwetend van wat zich aan de andere kant van de wereld afspeelt, proosten Stewie en Sophie met volle glazen op Stewie’s 27e verjaardag en het feit dat ze zojuist een ticket hebben gekocht. Eindelijk hebben ze de knoop doorgehakt. Ze gaan op reis! Bestemming: Nieuw Zeeland. De plek waar de glazen op dat moment niet rinkelen van het proosten, maar van de 6.3 zware schok die heel Christchurch op zijn grondvesten doet schudden. 185 mensen komen om onder het puin en terwijl Stewie en Sophie vol verwachting in bed kruipen en vooruitblikken op hun grote reis, staat op de plek van bestemming de tijd even letterlijk stil.

29 maart 2012.
Het is meer dan een jaar sinds de beving. Stewie en Sophie zijn inmiddels al bijna drie maanden op reis en na vrijwel alles van Nieuw Zeeland te hebben gezien, komen ze eindelijk aan op de plek die voor altijd met die 22ste februari verbonden zal zijn.
Van reizigers onderweg hadden ze al verscheidene verhalen over Christchurch gehoord. Het hele centrum zou plat liggen, een groot gedeelte van de stad zou zelfs afgesloten zijn en wat er nog wel over was gebleven deed eerder denken aan een oorlogsgebied dan aan een plek die een jaar geleden nog bekend stond om zijn kathedraal en mooie gebouwen.

Gewaarschuwd waren Stewie en Sophie dus zeker. Ook via het nieuws hadden ze de afgelopen maanden al het een en ander meegekregen over hoe het op de plek van de beving zou zijn. Chaos, puinhoop, ravage. Ze konden dus niet zeggen dat ze niet voorbereid waren. Maar dat het er in werkelijkheid ook echt zo’n rampgebied zou zijn, dat hadden ze van tevoren niet kunnen bedenken.

Gewapend met een stadsplattegrond gingen ze op pad. De grote rode markering in het midden zei eigenlijk al genoeg. Red zone: geen toegang.
Eenmaal aangekomen op de plek van bestemming liepen ze inderdaad aan tegen een groot hek. ‘Danger’, stond er met grote letters op. ‘No access, due to quake hazards’.  Met een grote boog liepen ze eromheen, om ondertussen grote kranen en bulldozers bezig te zien met het slopen van onbewoonbaar verklaarde huizen. Ze liepen langs verlaten winkels, kantoorpanden zonder muren maar waar nog wel alle kantoorspullen in stonden. Scheuren in de weg verraadden het natuurgeweld dat alle mensen in paniek de gebouwen uit had laten vluchten, alles achterlatend om niet bedolven te worden onder het puin.

Hoe zou het zijn om de aarde onder je voeten te voelen bewegen? Wat is je eerste reactie? Vluchten, rennen? Of juist blijven waar je bent en hopen dat het beven snel stopt?
Toen Stewie en Sophie net in Nieuw Zeeland aankwamen waren ze eigenlijk wel benieuwd hoe dat zou zijn: een aardbeving. Stiekem hoopten ze zelfs om een van de kleine naschokken te mogen meemaken, die hier iedere(!) dag nog plaatsvinden. Gewoon, om te kijken hoe het is en hoe het voelt.

Echter, na het zien van alle puinhoop en de ravage die deze aardbeving heeft aangericht, voelden ze zich toch wel een beetje schuldig op het hopen op een schok. Het is niet zomaar een van de vele ‘spannende’ activiteiten die je hier kan ondernemen, het is een dreigend gevaar dat iedere dag op de loer ligt en ervoor heeft gezorgd dat Christchurch is geworden tot niet veel meer dan een leeggelopen spookstad.
Er mag in het centrum dan namelijk wel een mooi stukje winkelcentrum herbouwd zijn met kleurige zeecontainers, los van dat, is er van de charme van de stad zelf weinig over. De bewoners die er het geld voor hadden, zijn weggetrokken en de geplande wederopbouw van het centrum kan nog zeker een tiental jaren duren. En dan nog is het hopen dat er niet nog een flinke beving aan zit te komen, wat in principe elk moment weer kan gebeuren.

Met bovenstaande in het achterhoofd hebben Stewie en Sophie al snel genoeg gezien. Weg willen ze uit dit grijze en deprimerende gebied. Geen ‘aarbevingservaring’ rijker, maar wel met het besef dat iedere dag als een feestdag moet worden gezien en dat je daar het beste je glazen al proostend bij kunt laten rinkelen.


zaterdag 24 maart 2012

Voor wie niet uitgelezen raakt - Stewie en Sophie bieden Bonus Blogs aan

Omdat je op reis soms meer 'schrijfspiratie' hebt dan alleen in de 'gewone' reisblogs passen (en daar niet iedereen mee wilt lastig vallen). Het zij door een druilerige dag, of gewoon door teveel indrukken in een te korte tijd. Soms kan Sophie de verleiding niet weerstaan en móeten ze op papier gezet worden.
Of jullie hier blij mee moeten zijn of niet, die keuze laten we over aan jullie. Want vanaf nu kan je gewoon zelf kiezen of je verder wilt lezen of niet!

Van extra aanvullingen tot korte side-stories of spontane invallen... Het is vanaf nu allemaal te vinden op de bonus pagina die in de lijst met links aan de rechterkant te vinden is. Dus mocht je na al onze verhalen nog niet genoeg hebben, of wat extra leesvoer kunnen gebruiken, ga dan voor de bonus upgrade for free!

maandag 19 maart 2012

Travelling on a budget – Stewie en Sophie trippelen vol goede moed langs alle trips

Wie een reis of vakantie overweegt naar Nieuw Zeeland, heeft keuze uit twee opties: Óf 1) Je komt met een flinke zak geld, of 2) Je komt met stevige wandelschoenen en een flinke dosis wandelzin.

Wie gaat voor optie één zal merken dat je meteen bij aankomst Auckland genoeg mogelijkheden weet te vinden om je geld te spenderen. Een bezoekje aan de Skytower, bungy jumpen van de brug, lekker eten in één van de vele restaurantjes. En dan hebben we het nog niet eens over alle trips en tours die vanaf hier vertrekken en je gedurende de rest van je reis zullen achtervolgen.
In welke plaats je namelijk ook aankomt – zelfs de piepkleine gehuchten die de naam ‘plaats’ niet eens mogen dragen – óveral kun je activiteiten boeken. Van duiken tot skydiven en van jetboaten tot quad rijden. Ieder plaatsje lijkt een kiwi wildlife centre te hebben en ook kayakken kan op alles waar maar water in staat. Zorben, lugen, schweeben, ledgen..vraag ons niet wat het allemaal is, maar je kunt het doen en er zijn genoeg toeristen die hun geld hieraan besteden.
Het is dan ook niet zo vreemd dat Nieuw Zeeland ook wel een ‘extreme sports capital’  wordt genoemd. Alles waar maar een elastiek of propellor aan gebonden kan worden, wordt gebruikt om toeristen mee te trekken. Het enige punt is wel dat met al die extreme sporten ook extreme kosten om de hoek komen kijken. En als je niet uitkijkt kun je zomaar in een recordtempo je gehele reisbudget er doorheen gejaagd hebben. Als dat geen extreme sport is!


En tja, wat als die zak met geld die je hebt meegebracht niet aan al die extreme maatstaven kan voldoen? Wij hebben als backpacker namelijk wel wat te spenderen, maar niet zoveel als de ‘gewone’ vakantietoerist (nouja, misschien wel hetzelfde budget, maar dan verdeeld over heel wat meer weken!).
In dat geval zit er niets anders op dan je wandelschoenen aan te trekken en te gaan voor optie twee. Voor interessante steden of culturele shopuitjes hoef je namelijk niet naar Nieuw Zeeland toe te komen. Het is óf trippen van de adrenaline óf trippelen met de voetjes. En als er in Kiwiland niet geraft of met elastieken van bruggen gesprongen wordt, dan wordt er wel gewandeld, getrampt of gehiked. Van ‘leisurely strolls’ van 20 minuten, tot tochten van vele dagen.  Ook op dit gebied is in ieder gehucht voor elk wat wils te vinden.
En het grote voordeel van deze optie is, dat het je – naast misschien een beetje spierpijn – verder helemaal niets kost! Ok, je moet misschien niet de negental ‘Great Walks’ meerekenen, waarvoor je in het hoogseizoen zeker nog een flinke duit moet betalen (en maandenlang van tevoren reserveren!), maar los daarvan... Het is vaak al bijna een extreme ‘sport’ om te proberen zonder open mond naar alle mooie natuur om je heen te kijken!

En ja, natuurlijk is het verleidelijk om al die fantastische trips en activiteiten te ondernemen (wie wordt er nou niet blij van skydiven boven de gletsjers of overnachten op een cruiseboat inclusief lunch en diner?). Je bent hier immers niet voor niets.
Maar aan de andere kant...Is het echt nodig om met een kabelbaan van 25 dollar binnen een paar minuten op een uitzichtpunt te staan, wanneer je van datzelfde uitzicht kan genieten na een (gratis!) wandeling van een uur? En is het echt een ‘must do’ om met honderden toeristen tegelijk een boottocht over Milford Sound te maken, wanneer je ook zonder al die drukte langs de fjorden kan lopen?


Wie niet rijk is, moet slim zijn, en in dit geval een beetje fit en actief. Een tour is zo geboekt en gemaakt, maar je wandelschoenen strikken hoeft ook niet veel tijd te kosten. Voorlopig laten we alle extreme verleidingen dus aan ons voorbijgaan, en genieten we gewoon ‘to the max’ van al het moois dat binnen ons budget en onze ‘wanderlust’ past. Simple, Supercheap and extremely Satisfying.

woensdag 14 maart 2012

De grote oversteek – Stewie en Sophie gaan van noord naar zuid en van zomer naar herfst

Voor wie het nog niet wist: Nieuw Zeeland bestaat uit twee eilanden. Ok, twee grote eilanden (de kleintjes niet meegerekend). Heel origineel worden ze respectievelijk het Noorder- en het Zuidereiland genoemd (het hoe en waarom kun je wellicht zelf wel uitvogelen). En tja, als je naar Nieuw Zeeland reist, dan kun je natuurlijk niet het ene eiland bekijken en het andere eiland links (of in dit geval zuid) laten liggen. Helemaal niet als Zuidereiland ook wel als de mooiste en spectaculairste van de twee wordt beschouwd.
Het werd na 8,5 week dus maar eens tijd om de grote oversteek te maken. Tijd om de glooiende groene heuvels in het noorden achter ons te laten en met eigen ogen te aanschouwen of het ‘ruige zuiden’ echt zo ‘stunning’ is als iedereen zegt.


Daar gingen we. Met de ferry 3,5 uur over de Cook Strait. Het was wat ze noemen een ‘bumpy ride’. Wij waren namelijk niet de enige die hadden besloten om van koers te veranderen. Ook het weer deed gezellig mee. Sinds begin deze maand is het hier op de zuiderlijk halfrond namelijk officieel herfst. En hoewel we tot nu toe nog erg geluk hebben gehad met het weer, lijken de beruchte dagen van regen en grijze wolken steeds dichterbij te komen.

Gelukkig waren we het weermannetje dit maal te snel af. Het slechte weer in winderig Wellington achtergelaten, kwamen we aan wal met zon en blauwe lucht. Kijk, dat is een goed begin!
Het werd nog beter toen we onze dag in het Abel Tasman National Park mochten doorbrengen met werkelijk de meest strakblauwe lucht en azuurblauwe zee. De korte broek en slippers konden weer uit de tas (jippie!) en we genoten van de eerste meest fantastische landschappen die het zuiden ons had te bieden. We kregen er zo de zomer van in onze bol, dat we maar weer eens besloten om in de auto te gaan kamperen.

Te vroeg gejuichd. Aangekomen in Greymouth (juist ja, GREYmouth), had mister weatherman ons toch weten te vinden en kwam de regen ’s nachts met bakken uit de lucht. Maar dat was nog niet genoeg. Ook ’s ochtends wisten de druppels van geen ophouden en aangekomen op de camping bij Franz Josef regende het nog steeds. Van de bewuste gletsjer die we wilden bekijken was in de verste verte geen spoor te vinden. Het enige wat enigzins op een berg deed lijken, waren de dikke grijze wolken die ons de rest van de dag in onze auto deden doorbrengen.


Zou het nu echt gedaan zijn met de zomer en het mooie weer?, vroegen we ons angstig af. Gelukkig bleek het mee te vallen en mochten we na een lange miserabele dag de zon weer met open armen begroeten. En wat een verschil die zon maakt!  Gletsjers, ruige bergen, toverachtige weerspiegelingen in waters, helblauwe meren. Het was of al het moois zich ineens aan ons openbaarde. We hadden het ene mooie uitzicht nog niet achter de kiezen, of onze mond viel alweer open bij het volgende landschap. We moeten toegeven: tot nu toe is alles waar van wat ze over het Zuidereiland zeggen. Ruig, ruw, ongerept en prachtig: in één woord prachtig.

Of het weer ook zo prachtig zal blijven gedurende de rest van onze trip ‘down south’, dat zal nog moeten blijken. De voorspellingen zijn wisselvallig en de nachten inmiddels behoorlijk fris, waardoor we niet zelden lichtelijk liggen te rillen in onze slaapzak (Sophie tenminste). Gelukkig maakt al het moois hier een hoop goed en zijn de uitzichten hartverwarmend genoeg om de koude kampeernachten snel te doen vergeten. Tijd dus om de slaapzak in te kruipen en te dromen van een eindeloze zomer in een eindeloos prachtig land.

zaterdag 10 maart 2012

Christelijke waarden en Schotse hartelijkheid – Stewie en Sophie gaan op familiebezoek in Wainuiomata

8 jaar geleden was Sophie er voor het eerst. Op aandringen van haar moeder (‘ze zouden het echt ontzettend op prijs stellen als je langskomt’) belde ze hen op. Het gesprek was ronduit hartelijk (ze vonden het inderdaad geweldig als ze langs zou komen), maar ook een beetje onwennig. Want wat wist ze nou eigenlijk van deze mensen? Niet veel meer dan dat het familie van haar was. Verre familie (letterlijk en figuurlijk). Familie die ze nooit had gezien en waar ze eigenlijk verder ook maar weinig van had gehoord. Oude mensen bovendien. Wat had ze daar eigenlijk te zoeken?


Alle vragen en onzekerheden vielen echter weg toen ze de ochtend erop in Wellington bij haar hostel werd opgehaald. Daar uit de auto stapte namelijk een man, die zonder twijfel wel in haar stamboom móest voorkomen! Het was onmiskenbaar. Als twee druppels water. De man die daar stond was oom Bas: de broer van Sophie’s opa, die in de jaren ’50 naar Nieuw Zeeland was geëmigreerd en daar met de Schotse Eileen was getrouwd. Weg van Nederland, weg van de oorlog en op naar een nieuw leven in een nieuw land.
Een week lang zou Sophie bij hen blijven. Ontvangen met gevulde koeken (speciaal voor haar in een Nederlandse winkel gehaald), een groot comfortabel bed en tripjes in de omgeving, was het een ontzettend vriendelijk en warm welkom, bij mensen die ze niet en toch ook weer wel kende.

Het enige punt waarop ze ook na die ene week complete vreemdelingen van elkaar zouden blijven, was het geloof. Met een jonge vrije backpacker die nog nooit op zondag een kerkdienst heeft bijgewoond en twee oudere mensen waarbij God een meer dan centrale rol speelt, was het soms – van beide kanten – wat aanpassen. Er werd hardop gebeden voor het eten, uit de bijbel gelezen na het eten en uitspraken als ‘Oh my God’ (iets wat Sophie na 6 maanden reizen inmiddels als bijna standaard uitroep in haar Engelse vocabulaire had zitten) werden op zijn zachtst gezegd niet echt op prijs gesteld.
Maar ondanks dat het Bas en Eileen ook na een week Wainuiomata niet was gelukt om de heidense Sophie enigzins te bekeren, was er ondanks deze ‘geloofskwestie’ een band ontstaan, die ook in de jaren na hun eerste ontmoeting zou blijven bestaan.


En nu, 8 jaar later, stond Sophie er weer. Zelfde huis, zelfde plaats. Alleen Sophie met een man rijker en Eileen een man armer. Oom Bas was namelijk twee maanden daarvoor vrij plotseling overleden.
Ondanks deze treurige omstandigheden, was de vriendelijkheid en hartelijkheid echter nog steeds net zo aanwezig als de eerste keer. Ontvangen met quiche en salade werden onze buikjes eerst goed gevuld, alvorens we naar onze kamer werden geleid. Dezelfde kamer als 8 jaar geleden, met nog steeds hetzelfde grote, comfortabele tweepersoonsbed. En hoewel het eigenlijk tegen Eileen’s principes inging (we zijn immers niet getrouwd), mochten we bij hoge uitzondering samen op een kamer slapen. ‘I only allow it, because you’re family’, aldus Eileen.

De rest van de dagen werden afwisselend gevuld met samen ontbijten, bijpraten over familie, bezoeken van dochter Joy, puzzelen, wat klusjes opknappen in de tuin en het graf bezoeken van oom Bas (of ‘Bob’, zoals ze hem noemt). Voor een mensje voorbij de tachtig komt Eileen nog steeds ontzettend helder en pienter over. Het enige dat haar parten begint te spelen is haar fysieke energie en het feit dat ze snel moe is. Daarnaast mag ze op het eerste oog heel wereldwijs en bij de tijd lijken, maar is ze in haar geloof nog steeds net zo standvastig als toen. Hoewel het onderwerp niet ontzettend veel ter sprake werd gebracht en slechts één keer de vraag werd gesteld ‘Do have any plans to get married soon?’, is het toch te merken dat het een barrière is die tussen haar en ons in blijft staan.


Maar wel geloof of geen geloof. Fish & chips lust iedereen en naar wat wij hebben mogen ervaren lust Eileen er wel pap van. Met z’n drieën, in de auto, plastic bordjes op schoot. Eerst een gebedje en daarna; hap, slik, burp! Eileen’s vis was weg voordat wij ook maar een hap hadden genomen. Tegen dit soort momenten kan geen leeftijdsverschil, verre familieband of God op. Het enige dat op zo’n moment geldt, is dat je elkaar in je waarde laat en geniet van de band die er wel is. Een familieband; met een flinke dosis vriendelijkheid en gastvrijheid. Amen.

donderdag 1 maart 2012

In de ban van de crossing – Stewie en Sophie worden betoverd door de schoonheid van Tongariro National Park


De Tongariro Crossing.
Wanneer je als backpacker in Nieuw Zeeland de buurt komt van Taupo, dan kom je er niet omheen. Overal waar je loopt hoor je deze naam gonsen en welke backpacker je ook spreekt; iedereen lijkt in de ban te zijn van wat ook wel de ‘Best one day walk of New Zealand’ wordt genoemd.

Ooit dé filmlocatie van Lord of the Rings met zijn Mount Doom, het is mede dankzij deze trilogie dat Tongariro National Park een betoverende aantrekkingskracht heeft op iedere reiziger die Nieuw Zeeland aandoet.
‘Heb jij hem al gelopen, waar verbleef je, weet je wat het weer zal zijn voor de komende dagen, gaat de tocht door of niet?’ Het leek in ons hostel nergens anders over te gaan. Zijn het allemaal die hard LOTR-fans, of is die loop echt zo mooi als iedereen beweert? Sophie – die hem al een keer eerder heeft gelopen – wist het wel, maar Stewie was er nog zo net niet van overtuigd. Van hobbits en ringen moet hij sowieso niet zoveel hebben, laat staan van een overgewaardeerde wandeltocht waar iedere dag hordes toeristen op af komen.
Maar goed, aangezien je pas kan oordelen als je het zelf hebt gezien en gelopen, zat er niets anders op dan in de ‘hype’ mee te gaan. Dus vroegen we wie waar had geslapen, hielden we nauwkeurig de weersvoorspellingen in de gaten en vertrokken op een zonnige maandagochtend met onze eigen ‘Bobbit’ richting Whakapapa Village in Tongariro National Park. Zouden ook wij in de ban van de crossing raken?


Het korte maar zeer krachtige antwoord wat we op bovenstaande vraag kunnen geven, is: JA! We hadden de rand van het park nog niet bereikt, of we werden overweldigd door het uitzicht dat we kregen. Ruig landschap, vrijwel vlak en dan ineens – boem - liggen ze daar: de drie toppen Mt. Ruapehu, Mt. Ngarahoe (aka Mt. Doom) en Mt. Tongariro. Bijna niet écht, zo schilderachtig liggen ze erbij. Alle twijfels die Stewie eerst nog had verdwenen als sneeuw onder de zon en Sophie kon alleen maar denken dat dit plaatje nog mooier was dan wat ze zich kon herinneren. Dit is niet zomaar een voormalige filmlocatie, maar een sprookjesachtige filmset die tot leven lijkt te zijn gekomen. En nee, er is geen hobbitliefde nodig om ook maar enigszins in de ban van dit landschap te raken. Je wordt gewoon betoverd waar je bij staat.

Tijd dus om de befaamde crossing te lopen! Een 19,4km lange loop die je van 1100m naar 1900m brengt en weer terug naar 700m. Een flinke tocht (gem. 6-7 uur), maar wel één die je langs vele vulkanische hoogtepunten van het park brengt. Van uitzicht op Mt. Doom, tot het wandelen door een gigantische krater, uitkijken op de helblauwe Emerald Lakes, en het passeren van de indrukwekkende Red Crater.
Dik ingepakt en met voldoende proviand op zak vertrokken we ’s ochtends om 7:00u met de shuttlebus richting de start. En hoewel het weer niet helemaal mee zat (redelijk fris en laaghangende bewolking), gaf dit juist ook wel weer wat extra’s aan deze vulkanische tocht. Door de flarden mist klommen we met stevige pas omhoog, om eenmaal op het hoogtepunt de wolken open te zien trekken en de meest spectaculaire vergezichten te aanschouwen. Wat is dit geweldig mooi! De crossing had ons duidelijk in de ban.
Na een korte lunch (want toch wel fris) bij de Emerald Lakes doken we de mist weer in voor nog een fikse afdaling in de regen. Maar regen of niet, inmiddels kon ons dat weinig meer deren. We hadden ‘my precious’ in volle glorie kunnen aanschouwen en de uren die we daarvoor hadden moeten maken waren het meer dan waard.


Vijfeneenhalf uur nadat we waren gestart kwamen we aan bij het eindpunt. Koud, nat, maar met een prachtfilm op ons netvlies rijker. We moesten toegeven: alle ‘fuss’ die door al die backpackers over deze loop werd gemaakt was absoluut waar. De Tongariro Crossing is een loop die je in Nieuw Zeeland niet mag missen. En als je na afloop dan ook nog in het hoogste ho(s)tel van Nieuw Zeeland met gratis bubbelbad mag bijkomen en vanuit de bar nog een keer kan nagenieten van het filmische uitzicht, dan wil je voor héél even best een beetje een hobbit-lover zijn.